woensdag, maart 05, 2008

“Reisduiven voor Barcelona” (nov 2007)

“De seise van Bellini”. Deze merkwaardige titel van een Column in “Tam Tam”, het reclameblaadje van Gent, bracht ons in de verleiding om de sfeer in Barcelona op te snuiven. Luk De Bruyker, alias “Pierke Pierlala” schreef over 365 dagen per jaar Gentse feesten, daarginds op de Ramblas en omgeving. Meer dan dit zinnetje moest hij eigenlijk niet schrijven. Allez, voor ons toch niet…
Onze eerste gedachte was: de vrachtwagenchauffeur opsporen, die met onze “Vlaamsche reisduiven” naar het Zuiden rijdt. Maar wij hebben een snellere en betere “Blauwe geschelpte” gevonden. Eentje die vliegt op 10000 meter hoogte. Onze duif luistert naar de naam: “Ryanair” en kost letterlijk een appel en een ei…

Dinsdag 13 november 2007

Gisterenavond, vroeg ik me af welke kleren ik zou aantrekken om naar Barcelona te vertrekken. Naar het schijnt gaat het hier bitter koud worden, maar als ik me niet vergis, hangt er een stabiel hogedrukgebied boven het noorden van Spanje. Mag ik daarop vertrouwen om mijn garderobe uit te kiezen? Verdorie, reizen met enkel handbagage is nog niet simpel. Ik kies voor een warm/koude combinatie. T-shirt, hemd, sweater met kap en jeansvest. Al naar gelang het warmer wordt, kan ik één of meerdere kledingstukken uittrekken. Goed gevonden, vind ikzelf. De praktijk zal het uitwijzen. Waar een mens al niet met bezig is alvorens in te slapen, om later wakker te worden met de verlossende muziek uit mijn klokradio. Voor de nieuwsgierige lezer, het betreft, hier ‘Radio Klara’. Normaal blijf ik bij het ontwaken altijd wat nasoezen met zacht klassiek. Ditmaal is het anders. Ik heb om zes uur afgesproken met collega Stephan om naar Charleroi te rijden. Ik volg een beetje hetzelfde ochtendritueel, alsof ik aan een ochtendshift zou beginnen.

Ik sta Koen al op te wachten wanneer hij stipt om 6h aan mijn deur staat. Mooi op tijd vertrekken we naar Charleroi, waar de lage kostenmaatschappij zijn vaste stek heeft. Na een oponthoud op de E40 in Aalst en Ternat komen we er rond 7h30 aan. Ongewild rijden we rond op de parking van de nieuwe terminal om ons uiteindelijk te parkeren op de ‘long term’ parking. We zoeken beschutting tegen de kou in een houten barak die dienst doet als wachthokje, totdat een bus ons oppikt om ons naar de terminal te brengen.

Terwijl we staan te wachten op de bus, komt een Renault camionette afgereden, die prompt naast de barak parkeert. Er stappen 2 mannen uit. Schilders? Die ene heeft alleszins een witte broek aan. Hij lijkt verdacht veel op de zoon van nonkel Bob, misschien een candid camera? Neen, het zijn gewoon reizigers voor ‘Brussels South’. Maar hoogst waarschijnlijk zijn het geen hetero’s… Zouden ze dat van ons ook denken?

Om 10h30 stappen we door de miezerige regen naar het vliegtuig. Amper 1h40 later geeft de zon zijn warmte af op onze gezichten. We zijn in Girona en nemen de bus naar Barcelona. Op het busstation ‘Barcelona Nord’ worden we afgezet, waar we de metro nemen naar de Ramblas. Ons hostel ligt verder dan verwacht en met onze winterse kledij om het lijf beginnen we al snel te zweten.
Bij ‘HelloBCN’ krijgen we één stapelbed toegewezen in een 4-persoonskamer op de 3de verdieping. Er staan 2 stapelbedjes en 4 opbergkastjes. Het bandje dat er uitziet als een horloge is onze elektronische toegang tot kamer 304 en ons persoonlijk kledingskastje. Eén stapelbed is al bezet. We maken ons bedje op terwijl we ons afvragen wie de slordige mensen zijn die op onze kamer verblijven. Rond 15h30 starten we onze ontdekkingstocht doorheen de stad.
We passeren Christopher Columbus die van op een kolom aan de haven Amerika aanwijst. Aan de waterkant ontwijken we de nepproducten die op dekens tentoongesteld zijn en bewaakt worden door enkele negers. Mensen zitten met hun gezicht naar de zon. Een meisje voedt enkele duiven. Het is gezelligheid troef aan de haven. We steken de houten brug over naar het winkelcentrum en volgen het pad naar Palau de Mar, waar sjieke visrestaurants gelegen zijn. Geen spek voor onze bek tijdens onze low budget vakantie.
We steken de brede straat over en dwalen door de smalle straatjes van Barceloneta, de oude havenwijk van de stad. De steegjes liggen er opvallend verlaten bij. Was hangt op de balkonnetjes te drogen. Dit is duidelijk nog een volksbuurt met zijn typische cafeetjes en kleine kruidenierswinkeltjes. Enkele ogenblikken later komen we aan het strand. We lopen op de pier in de richting van de glinsterende vissculptuur van Frank Gehry. Wanneer we op het strand lopen zien we dat onder de pier trendy restaurants gelegen zijn. Veel volk loopt er niet, daarvoor is het net iets te fris. Enkele mensen genieten van het opspattende water tegen de rotsen. We lopen verder tot aan de reusachtige vis en maken dan rechtsomkeer.


Terwijl Stephan de gouden vis vanuit alle hoeken fotografeert, observeer ik een toerist met een buikje om “U” tegen te zeggen. Het lijkt alsof hij aanstalten maakt om te gaan zwemmen. Maar eerst poseert hij met vrouwlief voor een foto en warempel, madam ontbloot haar boezem voor het portret! Merde! Ik heb mijn verrekijker vergeten! Na de fotosessie loopt hij het water in: ijsberen in Barcelona. Ik heb ook een zwembroek meegebracht. Misschien lukt het nog wel om tijdens onze driedaagse een baantje te trekken in de Middellandse zee.
We wandelen terug langs de dijk en zien een jong koppeltje smullen van een döner kebab. We realiseren ons plots dat we sinds deze ochtend nog niets gedronken en gegeten hebben. Bij het zien en ruiken van dat lekkers, loopt het water ons uit de mond. We stappen een mooi gebouw binnen. Het is geen shoppingcenter, maar een hospitaal. Het avondzonlicht valt feeëriek binnen in deze grote glazen ruimte. Mooie architectuur, maar geen kebab te bespeuren.
Gelijk een goede reisduif, oriënteren we ons op de ondergaande zon, om via de kortste weg terug te keren. Nog steeds vallen we van de ene verbazing in de andere. Na de toren van Babel (modern appartementsgebouw gebaseerd op een schilderij van één of andere Breughel) komen we bij een mooi opgeknapt industrieel gebouw. De deuren zijn dicht gemetst. De overheid is ook hier op hun hoede voor krakers.
En dan vinden we eindelijk een winkel. We kopen een groot stuk chorizo en twee blikjes cola. Op straat breken we de worst in twee. Inwoners kijken raar op, hoe we al peuzelend onze weg vervolgen! Lekker, die Spaanse saucisse, maar ze mochten wel tandenstokers in de verpakking steken.
Het is ongelofelijk, maar ik voel me hier ontzettend goed in deze stad. Dat was al zo, bij mijn eerste indrukken, toen ik deze namiddag uit de bus stapte. De sfeer is onbeschrijfelijk! Wat ook bijzonder in het oog springt, is het fietsverkeer. Ondertussen, begin ik mijn ledematen en mijn voeten te voelen, ai, ai. Ik ben niet meer gewend om zo ver te stappen. Ik ben jaloers op zo een fiets!

Maar blijkbaar vallen die fietsen te goed op, want vlak voor onze neus laat een agent een fietser stoppen voor een grondige controle. We hebben geen idee wat die persoon op zijn kerfstok heeft. Om Koen zijn voeten een beetje rust te gunnen gaan we het eerste café binnen dat we tegen komen. Het is een Irish pub en de dienster vindt ons een welgekomen afwisseling bij bezigheden. Ze is moe van DVD te kijken en knoopt een praatje met ons aan. Ze is Engelse en ongeveer 6 maanden in Barcelona. Ze weet zelf niet hoelang ze hier zal blijven, want het klimaat in Barcelona is zoveel beter dan dat van South Hampton. Na de Guinness lopen we de Barre Gothic binnen. Overal zien we mooi geëtaleerde winkeltjes vol leuke hebbedingetjes. In een retrowinkel kopen we een kaartje om op te sturen naar het keukenpersoneel van Stora Enso. Wellicht krijgen we nu een streepje voor op de rest… Al slenterend bekijken we de winkeltjes totdat we opeens op de ‘Ramblas’ uitkomen.
We lopen de Ramblas op. Er heerst een drukte van jewelste. Toeristen krioelen door elkaar en houden halt bij de levenloze straatartiesten, de ‘boujerende standbeelden’ zoals Pierke ze noemt… En inderdaad: Vroeger was het de kunst om stokstijf te blijven staan. Nu doen ze zelfs de moeite niet om stil te staan. Ze bekijken de toeristenstroom terwijl ze telkens een andere houding aannemen. Geregeld valt er toch wat geld in hun potje, alleen maar omdat de toeristen zich schuldig zouden voelen om niet voor een foto te betalen. De bloemenwinkels en vogelverkopers kennen niet zo veel bijval.
We gaan de overdekte markt ‘La Boqueteria’ binnen en snuiven de geur op van fruit, snoep en verse vis. Door de gekleurde verlichting heeft deze markt meer weg van een gezellige reuzengrote cocktailbar. Bij het zien van al dat lekkers, begint de honger te knagen. Pierke Pierlala is onze gids, want aan de hand van zijn column zoeken we het restaurant ‘La Gardunya’ op dat gelegen is aan de rand van de markt. Het is een volks restaurantje met talrijke gesigneerde foto’s van opera-artiesten aan de wand. We bestellen het avondmenu en krijgen om te beginnen een karaf sangria. Terwijl we onze salade eten, komt een visboer met botten aan, een glaasje drinken.


Aan het tafeltje naast ons zit een ouder koppel. Aan de gesprekken herkennen we een Amerikaanse tongval en even later horen we het heertje aan de ober zeggen dat ze van San-Fransisco zijn. Stel je voor dat we ginder zouden kunnen logeren, maar voorlopig vliegt Ryanair enkel op Europese bestemmingen. Even overweeg ik om een gesprek aan te knopen, maar houd het uiteindelijk bij een vriendelijk knikje.

Ook komen andere marktgangers aan de toog plakken. Bij het opdienen van de paella toon ik de column van Pierke aan de ober, die het gretig vast neemt en de Gentse figuur op de foto herkent. Hij toont het aan de andere dienster. Zij wil weten wat er geschreven staat, want de dienster van Roemeense afkomst is onze Gentse taal niet machtig. We hebben gescoord, want vanaf dan krijgen we een stralende lach van de dienster telkens ze ons passeert en daar bovenop wordt ons een extra karaf sangria geserveerd op kosten van het huis. Bij het verlaten van het restaurant krijgen we een stevige handdruk van het personeel en lopen dan via de achterstraatjes in de richting van ons hostel. We houden nog even halt bij een café op de hoek van een pleintje., Terwijl een Spanjaard zijn geld verliest op een geldkas, drinken wij er enkele pinten. Voor ons is het een lange dag geweest en rond middernacht gaan we naar het hostel terug. Onze kamergenoten zijn nog niet op de kamer te bespeuren en doodmoe vallen we beiden in slaap…

Woensdag 14 november 2007

Om een uur of drie komt onze vrouwelijke kamergenote stilletjes de kamer binnen geslopen en ze installeert zich geluidloos in bed. Een tijdje later komt de andere persoon muisstil de kamer binnen en kruipt met het minste lawaai in bed om 2 minuten later uit te barsten in een oorverdovend gesnurk. Oordoppen heb ik niet en wat ik ook maar doe, door dat lawaai kan ik de slaap niet vatten. Hoe ik ook draai of keer, met mijn hand over mijn oren en mijn hoofd onder de dekens, het gesnurk blijft de maximale geluidsgrens van 90 decibel overschrijden.

Ja, ze hadden ons gewaarschuwd voor nachtlawaai in Barcelona, het bruisende nachtleven. Ik heb wel dopjes in mijn oren gestopt, maar tegen die boomzaag zijn ze niet bestand! Wanneer ik opsta, heb ik heel wat moeite om ze uit mijn oren te krijgen. Bewust of onbewust, heb ik die doppen steeds dieper in mijn oren gestampt. Om 8 uur loopt de wekker af. In stilte maken we ons klaar, kwestie om onze kamergenoten niet teveel te storen.

De vermoeidheid spoelen we in de douche weg. Om 8h30 gaan we naar de ontbijtruimte op het gelijkvloers. Het is zelfbediening. Ik haal 2 borden uit de keuken, steek toast in de rooster en schenk koffie in een bekertje. Koen brengt fruitsap. Het ontbijt is niet indrukwekkend, maar de toast, kleine croissants en cake vullen de maag. We verlaten het pand en trekken de oude stad in op zoek naar een fiets. Op het George Orwellplein zijn we 10 minuten te vroeg voor de Rent-a-bike winkel opengaat. Iets voor 10h komt een dame op een aftandse koersfiets aangereden. Ze opent het rolluik van de winkel en stapt binnen. We volgen haar. Aan ons accent te horen vraagt ze of we Vlamingen zijn. Het is precies tegen haar zin dat ze aan het werken is ofwel is ze gewoon nog slaperig. Zij is een Belgisch-Nederlandse die hier een klein zaakje runt. We krijgen een ‘fat-tire’ aangeboden in een knalrode kleur. Met zijn brede stuur lijkt die op een shopper onder de fietsen. De remmen worden getest en goedgekeurd., banden worden gecheckt en opgepompt. De jonge dame puft ervan. Wat later rijden we de smalle steegjes in. We passeren de kathedraal, steken het plein over en wat later komen we aan de in rode steen opgetrokken Arc de Triomphe terecht. Er is een interview voor de camera aan de gang. Twee personen zitten in het zonnetje met op de achtergrond een foto van Einstein, waar Koen gewillig naast gaat staan in het zicht van de camera.

De “Sagrada Familia” is ons eerste doel. Op gevoel van oriëntatie rijden we verder, een GPS zou hier een handig hulpmiddel zijn. In de verte zien we alweer een speciaal gebouw, een soort lang uitgerokken reuzenei, maar dan wel eentje van enkele tientallen meters hoog. Stephan vertelt me dat veel mensen in de toren een fallus symbool zien. Daar zou ik eerlijk gezegd niet zelf zijn opgekomen. Maar alleszins leuk om even te poseren bij het ei van Barcelona! Wat verder herkennen we het busstation. Een ideale gelegenheid om enkele inlichtingen te vragen over het vertrek van onze bus op vrijdagochtend. Met onze rode chopper, rijden we tot aan de infokiosk. Dat zijn ze hier blijkbaar niet gewend, we voelen de blikken in onze rug. In mijn beste Frans vraag ik uitleg over de busverbinding aan de schattige Catalaanse jongedame achter het loket. Het ziet er goed uit voor vrijdagochtend. Normaal gezien moeten we zonder problemen de bus van 05h45 halen. Met een bevrijd gevoel en een handige Barcelonamap rijden we richting Sagrada. Vanaf nu word het makkelijk: de hoge torenkranen zijn vanaf hier achter elke hoek zichtbaar.
Die eerste aanblik van dit magistrale gebouw is indrukwekkend. Uren, misschien wel dagen, zou ik dit meesterwerk kunnen blijven bewonderen. Aan een paar inox stangen naast het nabijgelegen parkje, vergrendelen we onze twee bikes. Miss “fat tire” heeft ons goed gewaarschuwd: zelfs onze wielen moeten we vastleggen…

Er is een heel stuk bijgebouwd sinds ik hier voor het laatst was. Nog steeds horen we het geklop en geboor van de bouwvakkers. De beeldenpracht boven de hoofdingang ziet er het meest indrukwekkend uit. Aan de achterkant staan meer abstracte beelden. Toeristen staan aan te schuiven om de kathedraal binnen te gaan en om 1 van de torens te bestijgen. Wij lopen rond de kathedraal, maken foto’s en steken de straat over om in het parkje voor de kathedraal te genieten van de oude mannen die een spelletje jeu-de-boule spelen. Dan rijden we verder in de richting van het hospitaal. Met zijn kleurige daken zou je denken dat ook dit het werk van Gaudi is. Na genoten te hebben van de sanitaire stop, fietsen we door de brede lanen op weg naar park Guëll. Net voordat we moeten klimmen, stappen we een klein supermarktje binnen en kopen enkele stokbroden, beleg en een fles cava. Met de plastic zakken aan het stuur wordt de beklimming er niet eenvoudiger op. Op het steilste stuk ga ik recht op de trappers staan en duw die met volle kracht rond totdat mijn wiel opeens begint te slepen. Zo kom ik helemaal niet meer vooruit. Met de fiets aan de hand nemen we de trap naar boven, waar ik uiteindelijk mijn fiets omdraai om te kijken wat er hapert. Twee spaken zijn stuk, daardoor begint mijn wiel te slaan. Vanaf nu is er voorzichtigheid geboden want mijn wiel zou wel eens volledig paraplu kunnen slaan. Nadat 2 nonnetjes ons de weg gewezen hebben, vinden we na veel zoekwerk een zijingang van het park, waar we de fietsen aan een vuilbak vastmaken…

Na die beklimming -gezien de lompte van onze fietsen, vergelijkbaar met een klim op een koersfiets in de Vlaamse Ardennen- staat het zweet op mijn voorhoofd.. En dorst, dat ik daarvan gekregen heb. Ik stel voor aan Stephan, om zo vlug mogelijk te lunchen. Naar het schijnt zouden in dit feeërieke park Gaudi-bankjes beschikbaar zijn. In de verte horen we geluiden van spelende kinderen. We passeren de hoofdingang: een hek naast een soort smurfenkasteel en dit is absoluut niet negatief bedoeld. Op straat staat alweer een ‘bougerend standbeeld’, ditmaal eentje vermomt als hagedis. En inderdaad, even verderop staat de enige echte Gaudi-hagedis. Schoolkinderen zitten er verzameld rond dit kleurrijke kunstwerk. Ze hebben van de meester de opdracht gekregen om een schets van de hagedis te maken. Dat noem ik nog eens een pedagogisch verantwoord uitstapje! We nemen de trappen naar de hoger gelegen zuilengalerij. Tussen de zuilen, die op het eerste zicht op een doolhof lijken, staat een straatmuzikant met akoestische gitaar incl. versterker. De Andalousische klanken weergalmen tussen de zuilen, die bovendien zorgen voor een bijzondere akoestiek. Dan nemen we de laatste trappen naar het grote terras, afgeboord met de typische Gaudi zitbanken in alle mogelijke kleuren en vormen.
We nemen plaats tussen de horde toeristen en openen onze plastic zakken. Ik probeer zo discreet mogelijk de fles Cava te ontkurken. Dit lukt vrij aardig. Heerlijk vocht! In gepaste glazen en op de juiste temperatuur zou dit verrukkelijk smaken. Maar nu zijn we aan het picknicken hé…
De toeristen die hier rondlopen, komen van overal. Een kneuterige dame die ons passeert maakt een opmerking over ons in haar moedertaal: “ Nou, gezellig! Stukie kaas en glaasie wijn”, wat wij natuurlijk wel verstaan!

We hebben niet veel moeite om de fles Cava soldaat te maken. Meer werk hebben we om de stukjes worst van tussen onze tanden te verwijderen. Tot ongenoegen van Koen voed ik de duiven die daar rondhangen. Uit alle windstreken strijken de duiven neer om enkele broodkruimels te bemachtigen. En hoe meer ik smijt, hoe meer duiven er bij komen. Door hun gepik en gevecht waait het stof zodanig op, dat we uiteindelijk maar zelf opkrassen. We hebben maar een uur vooraleer we de fietsen moeten afgeven. Daarom besluiten we om na het nemen van nog enkele foto’s op het gemakje terug te keren. Nu gaat het heel wat makkelijker… alsmaar bergaf. Zo moet ik me niet veel zorgen maken voor mijn slepend achterwiel. Het is niet moeilijk de weg te vinden. Als spookrijders manoeuvreren we ons door de eenrichtingsstraten, we rijden het voetpad op en af en soms houden we halt voor het rode licht. Mooi op tijd geven we onze fietsen af. Als ik de fietsenkerel probeer duidelijk te maken dat er spaken stuk zijn, fronst hij zijn wenkbrauwen en zet de fietsen tussen de andere. Het is rond 15h, tijd genoeg om nog eens op de Ramblas post te vatten…

VIDEO -
  • Fietsen in Barca


  • Onvoorstelbaar. We zijn in een wondermooie fantastische stad en hebben zalig zachte temperaturen in half november. Wat moet een mens nog meer?
    Op de Ramblas gaan we de bougerende standbeelden eens grondig bestuderen. Eerst komen we een rode duivel (letterlijk) tegen, die onbeweeglijk, geketend in een kist zit. Stephan neemt een foto en werpt enkele munten in zijn bakje: geen reactie. Na een tijdje versleept hij al zittend zijn kist om zo terug in het strooiende zonlicht te zitten. Even verderop staat een gouden Atlas op een sokkel, met een wereldbol op zijn nek. Mooi en eveneens onbewegelijk. Je kunt het zo gek niet bedenken. We zien nog een prinses, een tijdsmannetje, een zilveren ridder, een Ronaldinho-kloon, een bevroren ontdekkingsreiziger, een Buffalo… Pierke schreef, dat Patrick Van De Walle hier inspiratie opdeed voor zijn theater Excess. Ik denk dat ook Louis Neefs hier ooit moet zijn geweest: bij het opsommen van al die figuren, denk ik spontaan aan “de poppenstoet”.
    Op het einde van de Ramblas, steken we ”Plaza Catalunya” over. Laverend tussen duizenden duiven gaan we op zoek naar de huizen van Gaudi. Tussen de statige herenhuizen, staat een sprookjesachtig gebouw. Het is niet moeilijk een Gaudi te herkennen, met zijn ronde vormen en dito mozaïekjes. Het huis doet vandaag dienst als “Gaudi museum” entree: 18 Euro. Voor die prijs drinken we zes glazen Cava, de keuze is vlug gemaakt! ..

    Uiteindelijk houden we het bij één glas Cava rosé. Bij het uitzoeken van tapas en het nakijken van de prijslijst houden we het bij een assortiment olijven, terwijl de pata negra hespen boven ons aan de toog hangen te drogen. De Cava smaakt heerlijk en naar nog, maar Koen heeft enkele kledingswinkels gezien die hij eens wil binnenstappen. Hij raakt in vervoering als hij een Guru winkel ziet. We stappen binnen. Terwijl Koen een T-shirt past, neem ik het interieur in mij op. De pashokjes zijn bekleed in rode floer met een hangende kristallen luchter. Kitsch of kunst? Koen wordt goed geholpen door een verkoper, die zich voordoet als verkoopster. Met de glimlach brengt hij enkele shirts die door Koen gewikt, gewogen en gepast worden. Uiteindelijk wordt de koop gesloten en kunnen we verder op pad.
    Onze voeten beginnen pijn te doen van het slenteren over de Ramblas. De bougerende standbeelden staan nog steeds geld in te zamelen. Aan een gebouw met paraplus aan de gevel, slaan we linksaf, de smalle straatjes in tot dat we aan een gezellig pleintje komen, Plaça del Pi waar ons doel, Bar del Pi gelegen is. Aan de bar is er geen plaats. We nemen de trap naar boven waar een tafeltje vrij is en we een goed zicht hebben op de mensen achter de bar. We bestellen een halve liter bier en vragen aan de dienster wat het verschil is tussen het Castiliaans en het Catalaans. Het Catalaans trekt het meest op het Frans, zegt ze. Op de kaart is alles in het Catalaans geschreven. Wanneer we voor de grap aan de dienster vragen of xampignons champignons betekenen, schiet het koppel naast ons in de lach.
    Onze bestelling blijft langer weg dan verwacht, want blijkbaar lopen er dingen mis tijdens de ploegwissel. De getatoeëerde dienster heeft vergeten onze bestelling te brengen en zit nu met een vest aan een sigaret te roken aan de toog.


    Uiteindelijk krijgen we onze bestelling van de ober met avonddienst, alleen geen halve liter zoals we besteld hebben, maar een gewoon pintje. We moeten beneden aan de kassa afrekenen. Maar onze rekening klopt niet. Ze willen ons hier halve liters aanrekenen!!
    Alvorens we gaan dineren, keren we nog eens terug naar ons hostel. Mail checken en ondertussen eens bellen naar mijn geliefde in het verre Vlaanderen. We maken van de gelegenheid gebruik om een aperitiefje te drinken aan de bar van ons hostel. Democratische prijzen hier: een halve liter Heineken voor 2 Euro! Voor een liter betaal je hier 3 Euro!! Jongeren bestellen hier meestal een liter om het vervolgens over te gieten in een beker van 50cl. Santé, zeggen ze dan!
    Vanavond gaan we eten in de oude havenwijk “Barcelonetta”. Stephan heeft een goed adresje. We nemen de metro, kwestie van onze voeten wat te sparen. Onder de grond zit in de lange gang een straatmuzikant, ik kan het niet laten een filmpje te maken in de galmende gang op weg naar het metrospoor. Als een leerling van Hitchcock komt ook Stephan op het einde in beeld, dat is trouwens het geval voor 90% van de videoclips, die ik draai in Barcelona. Ja, ja, dat zal een schoon souvenir zijn voor het nageslacht…

    Al snel vinden we de straat waar het restaurant gelegen is. We lopen de straat af, maar het restaurant zelf is niet te bespeuren. Dan heb je eens informatie vers van de pers, helaas niet up to date genoeg. Gelukkig zijn er aan restaurants geen gebrek. Dit is dan ook de nieuwe toeristenbuurt. Mensen met dikke jassen aan bevolken de terrasjes. Na wat rond dwalen stappen we lukraak ergens binnen. De menukaart begrijpen we niet, dus bestellen we op goed geluk iets. We beginnen met broodjes met knoflook, ingesmeerd met verse tomaat, als aperitiefhapje bij de fles rode wijn. Een kwartier later krijg ik een stukje visfilet voorgeschoteld en Koen lijkt aangenaam verrast met zijn spaghetti met knoflook, calamares en schelpjes. Maar de gezelligheid is armoetroef, en we vertrekken dan maar voor de avondwandeling. Onze aandacht wordt getrokken door een scheepsdeur. Het is de ingang van een bar. Nieuwsgierig als we zijn kunnen we het niet laten om eens binnen te kijken. Een minuut later zitten we al aan de toog van de donkere kroeg en krijgen handengeschut van Daniël de uitbater. Hij is opgetogen met de toeristen die hij ziet en we krijgen prompt een likeurshot voorgeschoteld van het huis. Hij vestigt onze aandacht op Arianne die enkele meters verder zit. Zij doet teken dat de barman niet goed bij zijn hoofd is en vertrekt een half uur late met Roger. We krijgen 3 kussen op de wang wanneer ze het pand verlaat. Veel is er hier niet meer te beleven en we gaan dan ook maar verder op stadsonderzoek…

    Plots herkennen we de buurt waar we ronddwalen. We komen uit aan het pleintje waar we vandaag onze fietsen huurden. En warempel, dit is hier het “Plaza George Orwell” volgens onze reisgids is dit het plein waar hippies samentroepen. En inderdaad, we zien een Spaanse versie van onze eigenste ‘Charlatan’! Door de ramen zien we dat de kroeg volgestampt zit en zo te horen moet er een optreden aan de gang zijn. We drummen een beetje aan de toog tot er voldoende plaats is voor ons tweeën. Nog maar een pintje bestellen, zeker?
    We voelen ons hier direct thuis, tussen de vele jonge “hippies” .Een jong hippietje van het vrouwelijke geslacht zegt hier zelfs al goedendag tegen mij. Ik knik vriendelijk terug en ergens ken ik deze jongedame van… We hebben haar deze namiddag ontmoet in de ‘Bar del Pi’: Het Franse koppeltje aan het tafeltje naast ons.
    Ik besluit een gesprek aan te knopen. Blijkbaar hebben ze ons goed geobserveerd deze namiddag. Ze weet nog het een ander over onze doeningen daar. Carmen zo heet ze, komt uit Nantes en is samen met haar vriend Fabien op bezoek bij het meisje dat hier achter de toog staat. Ik vertel over ons reisdoel, dat Stephan en ik collega’s zijn en allebei een vriendin hebben in België. Haar vriend zit in het zaaltje achter het café van het optreden te genieten. Ondertussen staan we al bijna een half uur te kletsen en Carmen vraagt of ze haar vriend mag gaan halen. Natuurlijk mag dat!
    Fabien is een heel aangename, vlotte grappige jongeman met een wild Rasta kapsel. We trakteren hen een pint. Carmen heeft een beetje moeite met het drinken, ze wordt immers ook bevoorraad door haar vriendinnetje achter de toog, Fabien, heeft er minder moeite mee. Ondertussen is het optreden afgelopen en langzaam loopt de kroeg leeg. Carmen vraagt of we meegaan naar de ‘Apollo, “une boite de nuit”… Het is alleszins richting hostel, dus we zien wel.

    Bij het oversteken van de Ramblas zijn we Fabien ineens kwijt. We zien hem in de verte aan een krantenkiosk staan met 2 flessen water in de armen. Die moet nogal nadorst hebben! Wanneer hij naar ons toekomt, giet hij één van de flessen water leeg. Wat is hij nu aan het doen? Hij vraagt of we wat water willen drinken. We nemen elk wat slokken. Fabien neemt de fles weer aan en giet ze leeg in een plantenbak. Die heeft volgens ons goed gesmoord! We trekken verder richting Apollo, als ineens Fabien ons roept. We kijken om en zien hem in de verte op de 2 platgestampte 2-liter flessen staan. Hij doet teken dat we moeten komen. Eens we bij hem zijn reikt hij zijn handen uit en zegt dat we hem moeten voorttrekken. Wat later skate Fabien over de straatstenen met de waterflessen onder zijn voeten. Na zo’n 100 meter is het mijn beurt. En ja, ’t is leuk… nog eens de kwajongen uithangen!
    Bij het binnengaan in de ‘Apollo’ wordt ons €10 inkomgeld gevraagd. We vinden dit teveel omdat we niet weten of er daar wel iets te doen is. Het is woensdag, midden in de week. Een normale mens zou toch in zijn bedje moeten kruipen, denken we. In plaats van de Apollo, gaan we naar de bar op de hoek. Het is er gezellig druk. Er is net één tafeltje vrij. Midden op tafel staat een tapinstallatie zodat iedereen zijn eigen pintje kan tappen. Grappig wel, met al die taps in het café. Wat er gezegd werd, weet ik niet meer. In ieder geval gingen de gesprekken in het Frans, Engels en Nederlands… Carmen verstaat er soms geen snars van en zeker niet als we wat in het Gents beginnen te zeveren. Maar het is leuk, en dat is wat telt! Na een kwartier komt de portier aan ons tafeltje staan en wil ons een plastic bekertje geven. Het is de bedoeling dat we ons bier daarin uitgieten en op straat verder gaan drinken. Hier respecteren ze het sluitingsuur tot op de minuut. In amper 5 minuten tijd is iedereen uit het café verdwenen. Fabien en Carmen willen naar de Apollo trekken, wij gaan liever naar het hostel terug. We zijn op een leeftijd gekomen dat we ons lichaam af en toe wat rust moeten gunnen. Het is goed geweest. We nemen afscheid van het sympathieke koppel en gaan de hoek om.
    Op onze kamer liggen we vannacht alleen. Geen last van gesnurk of andere geluiden. We kruipen in bed en enkele seconden later zijn we al in dromenland…


    Donderdag 15 november 2007

    Ik word wakker van mijn gsm, heerlijk geslapen vannacht! Het eerste wat ik doe is de gordijnen wegschuiven. Heerlijk blauwe lucht! “Carpe Diem”.
    Dezelfde gezichten bij het ontbijt. De man van dienst ziet er een gladde jongen uit, voortdurend omringd door jonge dames, schuddend met glazen flessen vruchtensap, een ‘coca cola light man avant la lettre’! Tijdens mijn ontbijt staar ik naar een PC scherm en herken op de achtergrond een foto met onze man, stoer poserend voor een coole wagen… Het moet geen onaardige job zijn als jonge gast in zo’n jeugdherberg te werken.
    Vandaag gaan we terug de fiets op om de rest van de stad te verkennen. We zijn bijzonder opgetogen over dit vervoersmiddel. De Hollandse jongedame herkent ons onmiddellijk en reikt ons dezelfde fietsen aan. Natuurlijk zijn de spaken in het achterwiel van Stephan zijn vehikel niet hersteld. Ik probeer als trouwe klant iets van de prijs af te pingelen, maar helaas, enkel de officiële tarieven tellen.
    Het mooie weer lokt ons opnieuw naar de kust. Na een paar honderden meters stop ik al. Mijn vest moet uit en mijn mouwen sloof ik hoog op. Echt prachtig weer vandaag. We fietsen door een groot park, naast de zoo van Barcelona. Op bankjes onder grote palmen zitten oudere Barcelonezen, te genieten van de weldoende stralen van de herfstzon.
    Ik word gelokt door Flamencomuziek. Midden in het park staat een groot prieel, dat vandaag dienst doet als oefenruimte van een pittige Flamencolerares. Onder haar hoede één pupil…oefenen, oefenen, oefenen, oefenen… Er heerst een speciale sfeer: het park, de muziek, de zon, een beetje desolaat op deze late donderdagvoormiddag. Uniek in zijn grootsheid en zelden meegemaakt.
    We steken onze neus in de lucht en ruiken de zee. Op het gevoel rijden we het park uit naast een groot statig gebouw, een museum, of wat? Voor de ingang, staan allemaal dezelfde wagens geparkeerd, elegante VW’s-passat, model 2004. De chauffeurs slaan een praatje met elkaar. Het gebouw is geen museum, het is de Catalaanse regering die hier gehuisvest is. Afgaande op de dienstvoertuigen hebben deze Catalaanse beleidsmensen alleszins een goede smaak! Maar wij moeten terug het park in, de weg naast het parlement gaat helemaal niet naar zee.

    De Nederlandse dame van de fietsenverhuur stelt voor om de kustlijn af te rijden, zodat we uiteindelijk een paar kleine dorpjes bereiken. Wanneer ik vraag of we dan in Loret del Mar komen, lacht ze en zegt dat we dan wel een heel eind moeten rijden. Via de kleine straatjes komen we aan het strand van Barcelonetta. We hebben hier 2 dagen geleden al gewandeld, maar nu gaat het zo veel beter. Geen last aan de voeten meer. De ochtendzon schijnt op ons gezicht. Het is heerlijk slenteren met de fiets op de boulevard naast het strand. We passeren opnieuw de grote vis en rijden verder op ongekend gebied. Zeilboten liggen in de haven op het water te dobberen. Veel volk is er nog niet te bespeuren, daarvoor staat de zon nog iets te laag in deze tijd van het jaar. In het park naast de aangelegde stranden zien we stukken van een boot in het rond liggen. Ofwel is dat schip geëxplodeerd en zijn de stukken tot hier gevlogen. Ofwel is dit één of ander kunstwerk. Wat verder passeren we een skatepark. Eventjes rechtsomkeer maken en als volleerde waaghalzen proberen we om met onze fiets zo hoog mogelijk de schuine skatewand op te rijden. We maken niet te veel risico’s, want de kans is groot dat we bij overmoed tegen de grond smakken. Er valt niet veel te vertellen over deze fietstocht. Na 30 minuten fietsen staan we aan het einde van het strand. Voor ons duikt er een bouwwerf op. Een autosnelweg wordt aangelegd en wat verder zien we enkele schouwen van een fabriek. Het lijkt ons niet de aangenaamste weg om naar de verder gelegen dorpen te rijden, daarom maken we rechtsomkeer en rijden zo andermaal het strand af… in omgekeerde richting. Op een slakkengangetje steken we enkele joggers voorbij. Een oude man staat aan de kant van het fietspad en kijkt over de omheining naar beneden. Ik ben benieuwd wat hij in de gaten houdt en stop wat verder om ook naar beneden te kijken. Ik steek mijn hoofd over de reling en onder mij zie ik een tiental mannen naakt in de zon liggen. Aha! Dit is dus het nudistenstrand. Koen komt er ook bij staan en samen houden we een man in de gaten die iets verder op het strand loopt. Ineens staat die stil, houdt zijn armen langs het lichaam en kijkt naar de zee… en ongegeneerd staat hij te urineren op het strand. “Kijk mama, zonder handen!” We hebben genoeg gezien en rijden verder. De vaste banken op het strand staan gericht naar de zon. Door die goede opstelling zijn die dan ook goed bevolkt.
    We komen terug in Barcelonetta aan en gaan op zoek naar het supermarktje van enkele dagen geleden. We kopen een pikante mix van pepers en augurken en een mix van paté voor op ons stokbrood. Deze keer houden we het soberder en nemen elk een pint. Het is nog even zoeken naar een goede plaats om te lunchen en vinden een plaats aan een trapje naar het strand waar enkele personen aan het surfen zijn. De golven zijn hier ideaal en een vrouw doet haar kunstjes in ons zichtveld.
    We genieten van onze lunch, maar elk een stokbrood opeten lijkt ons toch wat veel. Daarom deel ik het mijne met enkele duiven. Al gauw komen de meeuwen er op afgevlogen. Koen is er niet mee opgezet en jaagt die telkens weg. Ik blijf maar brood gooien totdat we precies in ‘Birds’, de film van Hitchcock aanbeland zijn. Een pracht moment om foto’s te nemen…


    Na onze “strandpicknick”, besluiten we om de omgeving van het Olympische dorp te verkennen. We passeren de Colombuszuil, richting groene heuvels. Deze klim naar het hoger gelegen stadsdeel is wederom een stevige kuitenbijter. Op een plateau houden we halt om de stad te over schouwen en om even op adem te komen. De ‘fat tires’ zijn leuk om in het oude stadsdeel te cruisen, maar voor het betere klimwerk zijn deze lompe tuigen totaal ongeschikt.
    Het ziet er naar uit dat we zo meteen verder moeten klimmen. Maar wanneer we aan de officiële ingang van het Olympische domein komen, zien we draaiende roltrappen en met een beetje manoeuvreren met onze fietsen aan de hand lukt het prima om de roltrappen te nemen. Op deze manier maken we snel hoogte, want we nemen er wel een roltrap of vijf.
    Ook het museum voor schone kunsten is op dit plateau van Barcelona gelegen. Een imposant gebouw, het lijkt een beetje op een versterkte vestiging. Bewonderswaardig. Een groepje zigeunermeisjes komt op me af, ze vragen een handtekening voor steun aan de gehandicapte kinderen. Natuurlijk wil ik, de “filantroop” die petitie tekenen. Stephan waarschuwt me echter dat deze brave kinderen waarschijnlijk bijbedoelingen hebben. En ja, van zodra ik getekend heb, eisen deze kinderen geld van mij. Wanneer ik weiger, werpen deze schaapjes de vacht af en worden bijzonder agressief. Ik verwacht elk moment hun papa’s of mama’s die uit de struiken te voorschijn kunnen komen. Maar dat scenario blijkt niet te kloppen; Met veel moeite kan ik uiteindelijk dat klein grut van mij afschudden.
    Dan gaan we verder richting Olympische accommodatie. Bij de ingang staat een standbeeld van een fenomenale atleet die met beide handen een trofee in de hoogte houdt. Ik poseer voor een foto voor het beeld, met een denkbeeldige trofee in m’n handen.
    Het complex ligt er verlaten bij. Slechts enkele stervelingen schichten in deze immense vlakte. Waar eens het Olympisch vuur laaide, staat nog steeds de gigantische mast, een hoogstandje hedendaagse architectuur. Een stille getuige van een groots verleden.
    In feite is hier niet zoveel te zien. We zijn niet van plan hier één of ander museum te bezoeken, dus op de fiets bergaf en terug de stad in!
    De zon staat ondertussen al laag en werpt een warme sfeer over de stad. Her en der fietsen we door steegjes op naar de Ramblas. Onze rode draad.

    De hippies op het ‘George Orwell Piazza’ lijken wel uitgestorven. Toch staat er een langharige oude man met een grote plastic zak rond te dwalen op het plein. Hij wordt bijna van het plein gespoten door de kuisdiensten. Kan het zijn dat de Barcelonezen deze man ingehuurd hebben om de mythe in stand te houden?
    Al slenterend door het oude stadsgedeelte bekijken we enkele winkeltjes. Eerlijk gezegd bekijkt Koen de winkels, ik loop liever nog wat buiten rond. Koen is onder de indruk van de Adidaswinkel, maar komt wel met lege handen buiten. Op het plein voor de kathedraal is er een rommelmarkt aan de gang. Aha, dat is meer mijn ding. We snuffelen wat in oude boeken, bekijken enkele LP’s… totdat Koen een doosje ontdekt met scapuliers in. Hij blijft maar zoeken en vindt uiteindelijk 2 kleinoden. Een pracht cadeau voor zijn vriendinnetje.
    Het begint goed af te koelen. Ook hier is het winter aan het worden. We lopen de winkelstraat af, stappen binnen in de Zara om eens op te warmen en lopen door naar het Hard Rock Cafe, dat gelegen is aan het Plaza Catalunya. Met wat geluk vinden we een barstoel aan de toog van het café. Het zit hier vol. Wij bestellen een pint en nemen het café in ons op: Boven de toog hangt een Cadillac. De barkeepers zijn in een goede stemming en doen enkele kunstjes bij het ingieten van cocktails om indruk te maken bij het vrouwelijk schoon. De rockmuziek knalt uit de boxen en ondertussen kunnen we de clips mee volgen op het grote scherm terwijl de hamburgergeur in onze neuzen slaat. Ik doe mijn gewoonlijke toer en neem enkele foto’s van muziekinstrumenten die hier aan de muur hangen. Na het kopen van een gitaarpin gaan we de straat weer op. Buiten staat een groepje te spelen die de omstanders ophitst totdat ze enkele danspassen inzetten. Na enkele danskoppels op luid applaus te onthalen, stappen we de Fnac binnen. Eerst bekijken we op de computerafdeling de internetsite van ‘De Standaard’… nog geen regering in België! Dan lopen we de muziekafdeling af… Er is precies meer keuze hier dan bij ons in Gent. We bekijken de allerlaatste snufjes voon de iPod en testen enkele iPod-geluidsinstallaties uit. Koen staat wat te prutsen aan een toestel, maar krijgt er geen geluid uit. Ik probeer hem te helpen, maar ook dat lukt niet totdat de installatie ineens zijn muziek veel te luid afspeelt. Ik schrik me verrot en ineens voel ik tientallen blikken op mij gericht. Vliegensvlug zet ik de muziek stiller en merk op dat dit toch niet een gebruiksvriendelijke installatie is. Snel lopen we verder…


    Terug in ons hostel, vraag ik de vriendelijke onthaalbediende, wat zijn lievelingsrestaurant is. Hij beveelt ons een Mexicaan aan, een eindje buiten het toeristische centrum. Uiteraard dienen we de metro te nemen. Wanneer we bovengronds komen, krijgen we een heel ander Barcelona te zien. We zijn hier hoogstwaarschijnlijk de enige toeristen. Het roept herinneringen op aan de San Lorenzo wijk in Rome. Benieuwd of we hier ook zo een avond gaan beleven. Met ons stadsplan in de hand vinden we probleemloos het restaurant. Ondanks het late uur, zijn we precies de eerste klanten.
    De ober is een type volwassen ADHD. Geen moment zit hij stil. Vijf keer vraagt hij of we willen bestellen, Engels spreekt hij niet. Leuke combinatie. We bestellen allebei iets met vlees. Dat is verreweg het enige wat we weten. Ons diner zal dus een totale verassing zijn.
    We krijgen beiden een bord voorgeschoteld met een reuzenpannenkoek, met een dikke vulling, van onder andere stukjes granaatappel, gul overgoten met een bloemige saus. De smaken kan ik moeilijk thuisbrengen. Lekker, maar apart. Bovendien, ben ik niet gevuld met deze hoofdschotel. Dan maar een dessert erbij. We krijgen opnieuw een pannenkoek, maar ditmaal een zoete met ijscrème… Wanneer wij ons dineetje beëindigen, loopt het restaurant pas vol. Inderdaad Spanjaarden eten laat!
    Buiten is het nu pas goed koud geworden. Van een verdere stadsexploitatie zal nu niet veel meer in huis komen. Morgen moeten we heel vroeg uit de veren. Dus terug de metro op en in het hostel nog een ‘glazeken bier’ drinken aan bijzonder democratische prijzen..
    Aan de toog raken we aan de praat met een Australische medewerker. Sympathieke knul. Hij raakt vooral met Stephan in gesprek, over een gemeenschappelijke hobby: reizen in Azië.
    Na twee pintjes lonkt mijn bed…. ”Friday on my mind”, morgen een avondje met m’n lief….

    Vrijdag 16 november 2007

    Doordat mijn reiswekkertje niet gaat, kan ik de slaap niet vatten. Ik ben bang dat we te laat zullen opstaan en zo onze bus missen. Wanneer ik geluid hoor op de gang, sta ik op om naar het toilet te gaan. Ik krijg te horen van de persoon in de wasplaats dat het bijna 4 uur is! Tijd om op te staan! Koen is ondertussen ook wakker. We halen onze kleren uit de lockerkastjes en zonder onze kamergenoten te storen gaan we met ons gerief naar de wasplaats. We nemen snel een douche, maken onze rugzak en om 4h30 staan we beneden aan de balie van ons hostel en krijgen de waarborg van onze digitale sleutel terug betaald. Wat later lopen we midden in de nacht op straat. De metro rijdt pas om 5h. Daarom voelen wij ons genoodzaakt om eerst een fikse ochtendwandeling te doen…

    De straatmuzikanten die overdag op de Ramblas huizen, veranderen ’s nachts in bierventers en slijten in het donker op elke hoek van de straat blikjes bier. Ik vraag koffie, maar dat hebben ze niet. Ook de meisjes van plezier zijn geïnteresseerd in ons. “Wanne go for a sex?,” roepen ze ons na. Wat wil dat nu zeggen?
    Barcelona leeft dus 24 uur per dag. Overal is leven te bespeuren. Ook de reinigingsdienst heeft een nachtploeg, of zijn het afgedankte pompiers, die handig gebruik maken van waterslangen en zeer secuur de volledige Ramblas proper spuiten? Boeiend is zo’n dauwtrip zeker en vast, en voor we het weten, bereiken we het metrostation aan de “Plaza Catalunya”. En we zijn niet de eerste. Ondergronds kunnen we nog niet, blijkbaar wordt elk metrostation ’s nachts met hekkens afgesloten. Voor de hekkens liggen 2 daklozen, kampeerders in slaapzakken. Stipt om 05 uur worden de hekkens geopend en de het koppeltje zakslapers worden gewekt en weggejaagd.

    Aan de ingang van het metrostation wemelt het ook van de jongeren. Het drankgebruik moet zo te zien overvloedig geweest zijn. Met de broek naar beneden getrokken en met de onderbroek goed zichtbaar, neemt een jonge Nederlander afscheid van een groepje. Bij het open gaan van de hekkens van de metro, rept de jongeman zich naar beneden. Bij het horen van de metro spurt hij naar het desbetreffende perron. Doordat zijn jeans tot aan zijn knieën hangt, struikelt hij bijna over zijn eigen benen. Hij houdt zich nog net recht en kan nog net de eerste metro nemen. Wij wachten geduldig de volgende af. Mooi op tijd komen we aan het busstation aan de Arc de Triumphe. Onze bus staat al te wachten, de chauffeur is echter spoorloos. De conducteur staat nerveus te wachten en als uiteindelijk de buschauffeur dan toch komt aangelopen, krijgt die een veeg uit de pan. Het is half zes… we kunnen vertrekken naar Girona!
    De bussen zijn afgesteld op de vluchten van Ryanair, zodat we voor inchecktijd in de luchthaven aankomen. Tijd genoeg om ons aan een tafeltje te installeren met koffie en broodje. Aan boord worden we verwelkomd door een overvriendelijke steward. Aan zijn nerveuze houding te zien denken we dat het zijn eerste werkdag is. Hij checkt nauwlettend elke gordel. Zijn collega-stewardess ziet er in haar blauwe pakje en met haar zelfverzekerde blik uit als ‘Jacky Brown’. Met haar fiere houding trekt ze de aandacht van de mannelijke sekse. Bij het demonstreren van de veiligheidsinstructies is de steward bloednerveus. Het is grappig om zien… Koen is zo onder de indruk van die steward dat hij hem vastlegt met zijn camera. Maar nog niet halverwege de instructies wordt hij door een andere stewardess op de vingers getikt en moet hij zijn camera wegsteken… ’t Zijn toch altijd dezelfden die iets mispeuteren…


    Einde (met dank aan Koen Versprille)

    1 reacties:

    Anonymous Anoniem zei...

    Bedankt voor een interessante blog

    december 12, 2009 5:42 a.m.  

    Een reactie posten

    Aanmelden bij Reacties posten [Atom]

    << Homepage